Arbeidsrecht rond vaste en flexibele contracten verandert
Met de nieuwe Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB) wil de overheid het voor werkgevers aantrekkelijker maken om medewerkers een vast contract aan te bieden. Of onaantrekkelijker om een flexibel contract aan te bieden – het is maar hoe je ernaar kijkt. Onze salarisadministrateur Anne Marie Nollen bespreekt de belangrijkste wijzigingen in het arbeidsrecht.
De WAB moet in 2020 ingaan, maar het is handig om in 2019 al rekening te houden met een aantal aangekondigde wijzigingen:
• Van 3 contracten in 2 jaar naar 3 contracten in 3 jaar
Nu mag je drie tijdelijke contracten aanbieden gedurende maximaal twee jaar. Dit wordt in 2020 gewijzigd naar drie contracten in drie jaar tijd. Als je in 2019 een medewerker aanneemt met een tijdelijk contract, zou je daar al gebruik van kunnen maken. Als je zorgt dat bijvoorbeeld het tweede contract in 2020 eindigt (en je in 2019 dus nog niet de twee jaar hebt bereikt) kan je met een derde contract de drie jaar volmaken.
• Oproepkrachten met een nuluren- of een min-maxcontract
Als je een werknemer een nulurencontract aanbiedt, kan die zich na drie maanden beroepen op het ‘rechtsvermoeden’: hij mag dan het gemiddeld aantal uren per maand opeisen als vaste uren. Meestal gebeurt dit niet en loopt het nulurencontract gewoon door.
In de nieuwe wet ben je als werkgever na twaalf maanden verplicht om de oproepkracht een contract aan te bieden voor het gemiddelde aantal uren dat hij in dat jaar heeft gewerkt. Dit geldt ook voor oproepkrachten met een min-maxcontract.
Vooralsnog is er geen overgangsrecht. Dat betekent dat je mogelijk al vanaf januari 2020 een dergelijk aanbod moet doen over de gewerkte uren van 2019. Het is wel zo dat de medewerker het aanbod kan afslaan. Dan kun je gewoon op de ingeslagen weg verdergaan.
• Hogere premie voor de WW bij flexibele contracten
Er zijn al sectoren waar de hoogte van de sectorpremie afhangt van het soort contract van de werknemers, zoals de bouw en horeca. Per 2020 wil het kabinet dit doortrekken naar alle sectoren. De sectorpremie wordt dan niet meer ingedeeld naar sector, maar je betaalt de WW-premie naar de aard van de arbeidsovereenkomst. Voor medewerkers met een vast contract betaal je een lage premie, voor flexibele contracten een hoge premie. Dit zal in het komende jaar verder worden uitgewerkt.
Naast deze punten worden de regels rond de transitievergoeding gewijzigd, komen er minder strenge regels voor het ontslag van werknemers in vaste dienst, en zal de proeftijd bij een vast contract worden verlengd. Daarover vertellen we je meer in 2019.
Meer weten over contracten? We helpen je graag verder.